|
Stuff Michiel Leenaars has writtenGa naar het overzicht | homepage Relevante open standaarden moeten welComputable, 22/12/2006 Klink hier voor een printversie In het artikel "Standaard hoeft niet open te zijn" (Computable 8/12/2006) neemt topambtenaar Harry van Zon een uitermate merkwaardige positie in wanneer hij zich uitspreekt over het belang om geen open standaarden te gebruiken, vindt ISOC-directeur Michiel Leenaars. Reden voor hem om met een stevige reactie te komen.Als directeur Innovatie en Informatiebeleid kun je er toch niet veel verder naast zitten dan wanneer je aangeeft dat pdf-bestanden en de vele verschillende incompatibele historische versies van het (binaire) Wordformaat de toekomst van het informatiebeleid van de overheid kunnen vormen omdat ze vaak voorkomen. Microsoft zelf stapt nota bene in haar eerstvolgende productlijn van die laatste familie formaten af, en heeft een plaatsvervangen voor het eerstgenoemde al klaarstaan. Het is mij dan ook onbegrijpelijk dat iemand die een dergelijke verantwoordelijkheid heeft voor onze overheidsinnovatie op informatiegebied stug vol blijft houden dat het toch prima formaten zijn - formaten waar we zogezegd nog decennia mee vooruit kunnen. Het voldoet nu al niet, en dat gaat steeds erger worden. We moeten af van het idee dat onze ambtenaren met een willekeurige tool kunnen werken en dat ze de output daarvan (wat dan ook) zomaar op het web kunnen en mogen dumpen. Dat noem ik informatiebeleid. Een overheidswebsite is geen vuilnisbelt voor losgeslagen bits, en de consument van overheidsinformatie hoeft niet alles te slikken. De rampzalige status quo op het gebied van informatiehuishouding zonder meer handhaven is natuurlijk bijzonder onverstandig in economische zin - dit in tegenstelling tot wat Van Zon beweert: doorgaan op de ingeslagen weg is aantoonbaar veel en veel duurder dan nu "ingrijpen". Moeilijk te begrijpenZelfs in Microsoft Office zit er in principe maar een enkel klikje tussen wel en niet publiceren van informatie op een betere, toekomstvaste manier. Dat is bijna hetzelfde klikje als je nodig hebt om een PDF van een document te maken, en dat doen we al een decennium - om diezelfde reden. ODF is alleen superieur aan PDF qua toegankelijkheid, leesbaarheid en bestandsgrootte. De hoeveelheid innovatie die gevraagd wordt is heel beperkt, en daarom is de weerstand van Van Zon moeilijk te begrijpen. Het is onduidelijk bij wie innovatiemotor Van Zon voor zijn mening rondom open standaarden het oor heeft laten hangen, maar het lijkt me totale beleidslamheid als je alles maar op zijn beloop laat en zegt: het had erger gekund. Het had in ieder geval niet verder van wat ik onder innovatie versta af kunnen liggen. Het publiceren van informatie door de overheid is (ook juridisch) een zorgvuldig proces, en het is met alle respect behoorlijk bizar dat Van Zon daar zo luchthartig en zelfs met snerende toon overheen stapt. Laten we het eens niet hebben over de software waar ambtenaren binnen overheden mee moeten werken of met welke bestandsformaten ze intern communiceren, maar even de visie nemen dat het web een publicatiekanaal is in dienst van de burger. De noodzaak tot zorgvuldigheid in het publiceren van informatie staat daarbij wat mij betreft niet ter discussie. Informatie op een website dient ter ontsluiting, en moet dus toegankelijk en bovendien toekomstvast zijn. Iedere overheidssite die PDF's publiceert plaatst daar ook anno 2006 typisch een uitgebreide uitleg bij die vertelt waar je de software die je nodig hebt om dat te bekijken kunt downloaden en zelfs hoe je het bestand moet openen. De perceptie is terecht dat de burger dit niet automatisch goed doet of weet hoe hij ermee moet werken, en dat de overheid ervoor verantwoordelijk is dat de informatie haar doel bereikt. Bij het publiceren van Word-documenten op het web gebeurt dat vreemd genoeg niet, want dan zou je moeten uitleggen aan de burger hoe hij naar de winkel toe moet om voor honderden Euro's typemachinesoftware te kopen van Microsoft - en dat dat bestandsformaat bij iedere nieuwe Officeversie wat Van Zon maar even ".doc" noemt technisch gezien weer iets anders is. De rechtvaardiging voor die dubbele standaard is heel duister: er zijn meer gebruikers bij wie PDF-lezers (ook andere dan die van Adobe) aanwezig zijn dan er Microsoft Office-pakketten draaien. Auteur dezes heeft weliswaar vier verschillende PDF-lezers maar moet het stellen zonder de Officesuite van Microsoft - die weigert het miljardenbedrijf te leveren voor het operating systeem dat ik gebruik. Wat doet Van Zon als representant van de overheid er eigenlijk van uitgaan dat we die software wel hebben draaien? En hoe staat het met wettelijke eisen, bijvoorbeeld vanuit de archiefwet? Open deurZeggen dat open standaarden niet in alle gevallen relevant zijn, is een open deur. Er zijn natuurlijk vele overlappende ICT-toepassingsgebieden, en daarbij worden ook open standaarden gemaakt die te beperkt of niet goed genoeg zijn of die gewoon niet aanslaan. Maar er zijn natuurlijk nog veel meer door de geschiedenis gemarginaliseerde leveranciersafhankelijke gesloten bestandsformaten - zelfs als je het alleen over pakketsoftware hebt moeten dat er miljoenen zijn. Probeer maar eens bestanden van de voormalige marktleiders Wordstar, Lotus en Wordperfect te openen. Ook de nu veelvoorkomende Microsoft-formaten is uiteindelijk dit lot beschoren, en Van Zon heeft daar geen goed antwoord op. Het kenmerk van een goede open standaard is natuurlijk dat het een convergentie van bestandsformaten en applicaties is, en ondersteuning ervan dus altijd meer vliegen in een klap slaat dan ondersteuning van een enkele applicatie. Daarnaast is het beduidend eenvoudiger om informatiearcheologie op deze bestanden te plegen dan wanneer je perse een bepaalde versie van een bepaalde applicatie op bepaalde hardware moet draaien om de inhoud ervan tevoorschijn te halen. Dat lijkt me zoals ik eerder al stelde typisch het hele doel van het informatiebeleid dat Van Zon moet voeren: verhoogde effiency, compromisloze toegankelijkheid en gegarandeerde uitwisselbaarheid nu en in de toekomst. Die algemene opmerking had Van Zon zich dus kunnen besparen. Wat Van Zon vervolgens stelt over ODF getuigt van disrespect en onbegrip. Internationaal erkende, actuele open standaarden van het niveau van ODF zijn hoogst relevant, worden door vrijwel de hele softwareindustrie gedragen (zo is de grootste Amerikaanse brancheorganisatie voor de software- en informatieindustrie SIIA een van de oprichters van de ODF Alliance) en kunnen aan de erkenning door de Internationale StandaardenOrganisatie ISO zelfs een zekere juridische status ontlenen. Zodra een dergelijke standaard er dan ook is, heeft iedere burger het moreel recht om te vragen om publicatie van informatie in die standaard - of een equivalent ervan. ToegankelijkIk vind het prima als Van Zon zijn ambtenaren voor het publiek bedoelde bestanden in Word 2.0 tot en met Word 2035-formaat op het web laat publiceren, en van mij mag hij ook hetzelfde bestand in Wordstar, Quark Xpress en Claris Writer ernaast zetten. Van mij mag hij zelfs iedereen die erom vraagt met postduivenverkeer dubbelzijdig bespeelde cassettebandjes met een versie voor het populaire Geowrite voor de Commodore 64 doen toekomen. Als hij ergens (liefst op het medium waarop hij al die document publiceert) tenminste ook maar een internationaal erkend, volledig open en transparant standaardformaat als ODF naast zet. Een website is een volwaardig publicatiekanaal, en ieder document dat op het web terechtkomt moet toegankelijk zijn. En het meest relevante bestandsformaat met rijke opmaakmogelijkheden dat we daarvoor hebben (naast HTML natuurlijk, dat zou nog beter zijn) is Open Document Format. Dat is een relevante open standaard. Dat is ook wat de politiek wil. De motie Vendrik die dezer dagen weer hoogst actueel is, is daar ondubbelzinnig over. Van Zon heeft daar gewoon gehoor aan te geven. Other stuff I've written
|